2024 was een bijzonder weidevogelseizoen

Het jaar 2024 gaat de boeken in als een zeer bijzonder weidevogelseizoen. Dat komt doordat veel meer regen viel dan gemiddeld en ook nog eens over een langere periode. Hierdoor konden bijvoorbeeld op veel plekken de koeien pas medio juni naar buiten. Gevolg was dat nauwelijks voorweide kon plaatsvinden, waardoor die percelen minder goed kuikenland opleverden. Het gevolg was ook dat maisvelden pas heel laat bemest en bewerkt konden worden, waardoor veel eerste en zelfs tweede legsels van kieviten succesvol waren. Sommige nesten van grutto en tureluur waren al uit voordat gemaaid kon worden. Nadeel hiervan was weer dat de kuikens groot gevaar liepen bij de eerste snede in de periode 6 tot en met 13 mei. Het was ook regelmatig vrij koud in het voorjaar, waardoor kuikens van met name kievit het zwaar hadden.

Qua broedresultaten viel het op dat veel nesten uit kwamen, met name door de late bewerkingen in het veld. Wel was op sommige plekken veel predatie, met name door bruine kiekendief, bunzing, hermelijn en kraaien. Het landelijke beeld laat zien dat er weliswaar meer nesten zijn uitgekomen dan vorig jaar maar dat minder kuikens zijn opgegroeid, mede door de kou, regen en predatie. Of dat in de Lopikerwaard ook zo is, moeten we nog nagaan. Wat wel opviel is dat in maisvelden nog heel lang alarmering was van kievit, grutto, tureluur en scholekster, wat duidt op verdediging van hun kuikens. In de polder Willige Langerak/Tiendweg was nauwelijks predatie; wat goed te zien en te horen was; veel kuikens van kievit, grutto, scholekster en tureluur zijn daar groot geworden, afkomstig uit nesten in uitgestelde maaipercelen; daar werd pas 22 juni gemaaid. Er kwam zelfs een nest uit van een zomertaling in een maisveld.

Bijzonder was ook de vondst van een nest van de kwartelkoning. Helaas is dit nest door vermoedelijk kraaien gepredeerd. Maar alleen al de aanwezigheid van het nest is  goed nieuws; dat betekent dat de kwartelkoning hier wellicht kansen ziet voor toekomstige broedsuccessen.

Tot slot, voor de scholekster lijkt dit broedseizoen in de Lopikerwaard goed verlopen. Er werden meer kuikens gezien dan normaal, wat erop duidt dat de scholekster mogelijk minder last had van de zware weersomstandigheden dan de andere weidevogels en gebaat was bij het late bewerken van de maisvelden.

In het voorjaar heeft menig vrijwilliger nestbescherming bij agrariërs uitgevoerd. Ook heeft de drone van het Collectief Lopikerwaard op diverse locaties gevlogen. Deze acties hebben geleid tot honderden waarnemingen van nesten en bescherming daarvan.

Samengevat: 2024 bood goede omstandigheden voor succesvolle broedsels; echter door de langdurige natheid en kou, alsmede door predatie is het aantal vlieg-vlugge kuikens kleiner dan je op grond van aantallen nesten zou mogen verwachten.

Bestuur Weidevogelbescherming Lopik

Martin van den Hoek

Harry de With

André de Wit